Elten Kiene

Elten Kiene

Muzikant
voorjaar 2020

Elten Kiene woont inmiddels enige tijd in Rotterdam. ‘Maar in Dordt is voor mij alles begonnen. Elke keer als iets lukt, of bij een nieuwe mijlpaal, dan ga ik terug naar waar ik vandaan kom. Dordt is daarom een plek die ik heel erg koester.’ Hij herinnert zich de bijna sceptische mentaliteit die heerste tijdens zijn jeugd. ‘Men zei: als het gisteren niet is gelukt, zal het morgen ook niet lukken. Dat gaf mij juist heel veel ruimte om dingen te gaan doen.’ Elten vindt het mooi om te zien dat Dordrecht in dat opzicht nu zo anders is geworden. ‘Er zijn nu minder eilandjes, het is veel minder verspreid allemaal en er is veel meer gunfactor en trots in de stad.”

Elten noemt zichzelf het liefst professioneel hobbyist. ‘Ik schrijf, ik ben artiest, spoken-word artiest, ik ben performer en medeoprichter van het platform ‘woorden worden zinnen’, opgericht in Dordrecht.’ De Nederlandse rederijkerstraditie komt ter sprake. Deze woordkunstenaars kunnen we misschien wel beschouwen al zijn voorgangers. ‘Inderdaad!’ zegt Elten. ‘Het lijkt me best tof om een stuk te schrijven, bijvoorbeeld een gedicht, aan de hand van de regels van toen, maar met onderwerpen van nu.’

Spoken-word kent in dat opzicht een bijzondere ontstaansgeschiedenis. Wat inspireerde Elten verder? ‘Het ging vooral om een soort persoonlijke zoektocht, mezelf vinden. Ik had een helder moment en dat uitte zich in reflectie, en dus schrijven. Het grappige is dat taal altijd moeilijk voor me is geweest. Ik vond taal op school ook absoluut niet leuk.’ Inmiddels staat hij regelmatig voor de klas, waar hij jongeren inspireert zelf te gaan schrijven. ‘Ik denk vaak: ik kan iemand zijn die ik vroeger zelf nodig had. Ik kan taal relevant maken en vertellen hoe je het je eigen kan maken. Heel veel volwassenen zijn helaas vergeten waar ze zelf tegenaan liepen. Anders zouden ze ook begrijpen dat ze niet alles kunnen begrijpen.’

Bestaan er misschien meer overeenkomsten tussen spoken-word en de rederijkerstraditie?  Zo organiseerden rederijkers zich in verenigingen en hielden onderling vaak wedstrijden. Zien we zoiets ook in de spoken-word? ‘Er is ontzettend veel gaande’, vertelt Elten. ‘Er zijn platforms, evenementen en ook wedstrijden. Spoken-word is bovendien ook gewoon een vorm van poëzie, van literatuur, maar dan ligt de nadruk op performance. Naar mijn mening is spoken-word een toegankelijkere vorm, want het instapmodel is meer hiphopachtig. Er zijn minder regels aan verbonden, waardoor iedereen zich eraan kan wagen.’ In dat opzicht verschilt spoken-word van de rederijkerstraditie, die bol stond van allerlei voorgeschreven regels. Elten voegt toe: ‘Natuurlijk, als je verder komt in je skill, je discipline, dan komen er regels en dat is ook goed voor het vakmanschap. Je kunt dan allerlei stijlfiguren toepassen, alliteratie, metaforen enzovoorts… Wat ik belangrijk vind, is die vrijheid aan het begin.’

Deze vrijheid probeert Elten dan ook zoveel mogelijk door te geven in zijn workshops aan jongeren. Hij denkt hierbij vaak aan de vrijheid die hij zelf kreeg in Dordrecht. ‘Ik kan ervoor zorgen dat de volgende generatie het makkelijker heeft, dingen makkelijker voor elkaar kan krijgen. Ik wil straks ook terugkijken en kunnen zien dat ik van waarde heb kunnen zijn.’

[tijdens de coronacrisis spreken we Kiene opnieuw]

 ‘Afgelopen zondag zouden we ons tienjarig bestaan vieren met ‘woorden worden zinnen’. Nu hebben we een hele goede reden om een elfjarig bestaan te gaan vieren in de toekomst. Niemand doet het, maar het kan gewoon!’ vertelt Elten optimistisch. ‘De komende tijd houd ik me vooral bezig met het organisatorische: hoe kunnen dingen beter, en strakker? En al die rotklusjes, daar heb ik nu wel de energie voor, maar dat heeft wel 10 weken geduurd’, lacht Elten. Verder is hij druk met een schrijfopdrachten, workshops, online-interviews en hardlopen. ‘Ik doe mee met allerlei challenges op hardloopgebied. Hardlopen deed ik altijd al, dus dat past bij mij. Ik loop meer dan normaal, want daar haal ik de energie uit die ik normaal krijg door fysieke contacten. Ik ben gewoon bezig, maar niet te druk. Daar waak ik voor.’

Elten benadrukt dat hij zo rustig kan blijven, omdat hij zich financieel in een stabiele situatie bevindt. ‘Ik leef best wel privileged, maar dat heb ik wel zelf afgedwongen. Ik heb er hard voor gewerkt om in een positie als deze te komen. En dan kun je rustig blijven, voor jezelf bepalen hoe je dit allemaal gaat doen. Ik weet niet hoe ik zou zijn als ik m’n rekeningen niet zou kunnen betalen. Ik vertrouw erop dat ik straks weer aan de slag kan en tot die tijd ben ik gewoon geduldig aan het afwachten.’ Een beetje van deze rust zou Elten best willen behouden na de coronacrisis. ‘Ik zou straks ook wel wat minder kunnen doen… denk ik.’

Hoe blijft hij, ook in zo’n lastige periode, zo gedisciplineerd? ‘Natuurlijk kost het iets meer energie om achter m’n laptop te gaan zitten, maar discipline begint bij mij niet op de dag zelf, maar de dag ervoor. Ik ben ook maar een mens en het is heus niet zo dat ik elke dag gedisciplineerd opsta, maar 9 van de 10 keer lukt het wel, omdat ik me van tevoren al heb voorgenomen hoe mijn dag eruit gaan zien.’ Dit betekent volgens Elten niet dat je soms niet gewoon mag balen van de situatie. ‘Ik baal soms enorm! In april zou ik de Prins Bernard Cultuurprijs in ontvangst nemen, maar dat is verzet.’ Toch bekijkt Elten het positief. ‘Straks heb ik er veel meer baat bij. Als de economie weer gaat draaien en ik krijg die prijs, is het een soort startschot en ben ik weer extra in the picture.’

‘Uiteraard maak ik me deze tijden ook zorgen, want het is zorgelijk, maar niet constant want daar heb ik niets aan. Het enige wat ik kan, is gewoon goed voor mezelf zorgen. Er zijn momenten dat ik baal en dan kun je er misschien een mooi stuk over schrijven, maar ergens moet het stoppen. Je moet er iets positiefs uithalen.’ De beste tip die Elten heeft: ‘neem de controle. Ik ken mensen die alleen maar geklaag om zich heen hebben, alleen maar negativiteit, maar dat is bijna nog erger dan het coronavirus! Probeer beter voor jezelf te zorgen. We hebben weldegelijk een vorm van controle. We weten niet hoe het loopt, maar wat we wel weten is hoe we morgen anders kunnen omgaan met onszelf. Kijken naar wat wel kan!’